Een wijze les
‘Dat je met een stem op rechts de mond voedt die je bijt, lijken de meeste kiezers zich niet te realiseren’.
Met die veelzeggende en m.i. ook behartenswaardige slotzin eindigt Heleen Mees haar column op 3 oktober jl. in de Volkskrant. Zij kaart hierin de verontrustende groei van de ongelijkheid in inkomens en vermogens van Amerikaanse huishoudens sinds 1990 aan. Een ontwikkeling die ten gevolge van de door president Trump aangekondigde belastingherziening alleen maar versterkt zal worden. (‘Inkomensverschillen nemen steeds sneller toe’, Volkskrant 03-10-2017)
Hoewel milder dan aan de andere kant van de oceaan tekent de tendens die Mees signaleert zich ook in Nederland af. De inkomensongelijkheid is minder groot dan in de VS en lijkt de laatste jaren weliswaar redelijk stabiel, de vermogensongelijkheid doet niet zo gek veel onder voor die in Amerika.
Zo bezit de rijkste 10 procent van de bevolking […] meer dan de helft (61 procent) van het totale vermogen in Nederland. De top 2 procent binnen deze groep heeft zelfs een derde van dat vermogen in handen, terwijl de onderste 60 procent van de Nederlandse bevolking bij elkaar opgeteld 1 procent (afgerond) van het totale vermogen bezit. De middengroepen in Nederland hebben relatief weinig vermogen, en vooral het onderste deciel heeft schulden. In internationaal perspectief is de vermogensongelijkheid in Nederland aan de hoge kant. (WRR, ‘De val van de middenklasse’).
Trumps belastingplan is volgens Mees de opmaat voor een internationale wedloop om de tarieven voor de vennootschapsbelasting te verlagen. Dit – je raadt ’t meteen – omwille van het verbeteren van de internationale concurrentiepositie. Theresa May in het VK en ook Macron in Frankrijk traden inmiddels in Trumps voetspoor. De in de maak zijnde Nederlandse coalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie voegde zich op 5 oktober jl. ook in dit rijtje en sprak zich uit voor het (fors) verlagen van de winstbelasting op bedrijven.
De op deze wijze misgelopen belastingontvangsten moeten natuurlijk worden opgevangen. Dit kan alleen door de belasting op arbeid te verhogen. De positie van arbeid wordt hierdoor aldus Mees verder uitgehold èn het populisme krijgt een extra impuls.
Verontrustende ontwikkelingen waartegen we als PvdA bezwaar moeten aantekenen en dat ook ongetwijfeld – zo verwacht en hoop ik – zullen doen.
Maar het is tevens zaak om de overtuiging ‘dat je met een stem op rechts de mond voedt die je bijt’ krachtig(er) in onze politieke boodschap uit te dragen. Opdat meer kiezers zich daar bewust van worden.
(Johan Dunnewijk, bestuurslid afdeling Regio Eindhoven)